Klim- en slingerrozen
Klimplanten hebben speciale klimorganen zoals hechtwortels (klimop) of ranken druif). Een roos heeft geen klimorganen en is dus feitelijk geen klimroos, maar een leiroos.
De lange takken van leirozen laten zich beter aanbinden naarmate ze soepeler zijn. Een voorbeeld van een goed leidbare roos is de zachtroze 'New Dawn'. Ook omdat de takken een flinke lengte bereiken (4 meter of meer), is deze roos geschikt voor een rozen boog, langs een dakgoot of aan een pergola.
Veel leirozen worden niet langer dan 3 à 4 meter. Dat maakt ze geschikt om aan een vrijstaand klimornament toe te passen.
Van trosrozen en grootbloemige rozen bestaan soms ook leivormen.
* Botanische klimrozenHet betreft klimrozen met een natuurlijk karakter. Ze staan erg dicht bij in het wild voorkomende rozen, met name door hun oorspronkelijke groeikracht. Zelfs de minder winterharde soorten uit andere streken doen het goed in ons huidige klimaat.
* Grootbloemige klimrozenDe grootbloemige klimrozen zijn meestal doorbloeiend, tenzij anders vermeld.
* Kleinbloemige klimrozen
In de groep kleinbloemige klimrozen komen zowel doorbloeiers als zomerbloeiers voor. Ze hebben kleine bloemen, maar omdat ze in tuilen staan is de bloei overvloedig. Ze tonen iets wilder dan de grootbloemige klimrozen en passen daarom ook goed in een meer natuurlijke omgeving. Ze zijn bijzonder geschikt voor begroeiing van pergola's, hekwerken, muren, ornamenten. Langs steunmateriaal geplant, zijn ze geschikt als haag. Ook kunnen sommige soorten als struiken aangeplant worden.
* Ramblers
Het betreft een aprte, vaak zomerbloeiende groep rozen met kleine bloemen in grote trossen. Ze onderscheiden zich met name van de andere klimmers door hun enorme groeikracht. Ze zijn dan ook minder geschikt voor kleine tuinen. Maar weer uitermate geschikt voor grote muren, grote ornamenten e.d..